Fleur Jong aan de start op ONK in Tilburg
Aanstaande zondag 20 september organiseert Attila de Open Nederlandse Kampioenschappen para-atletiek. In verband met Corona is bepaald dat er geen publiek wordt toegelaten bij het evenement.
Naast de meervoudig Paralympisch kampioene Marlou van Rhijn zal ook de kersverse wereldrecordhoudster Fleur Jong aan de start staan. Zij is iemand die zegt: “Je kunt meer dan je zelf denkt.” Hieronder volgt een ingekorte versie van een recent artikel door John Volkers in de Volkskrant (24 augustus 2020) over Fleur, een bijzondere atlete die grote plannen heeft in Tilburg.
Fleur Jong met kortere blades sneller dan haar grote voorbeeld
Ze is de nieuwe Blade Babe van Nederland. Fleur Jong (24) sprintend en springend op twee sportprotheses, verbrak zaterdag in Leverkusen het wereldrecord op de 100 meter van Marlou van Rhijn. Paralympiër Jong was op haar twee blades – ze mist sinds haar zestiende en twee operaties beide onderbenen – eenhonderdste van een seconde sneller dan Van Rhijn in 2012: 12,78 om 12,79 seconden. De rugwind was 1,0 meter per seconde. Jong, genietend van een vrije week: ‘Ik liep eerder al 12,73 en 12,77. Dus ik had die beste tijd al. Maar het was niet officieel. Nu wel. Ik heb nog een kans de tijd aan te scherpen, bij het ONK eind september in Tilburg. Dan is er ook dopingcontrole.’
Het lange meisje uit de Beemster kent een bijzondere levensgeschiedenis. Jong verloor in 2012, op zestienjarige leeftijd, door een bacteriële infectie acht halve vingers en haar twee onderbenen. In 2018 ging ze opnieuw onder het mes. Jong, als danseres een ware spring in het veld, had een sportieve carrière gevonden. Ze was warm gemaakt door Marlou van Rhijn en Bibian Mentel, nam deel aan de Paralympische Spelen van Rio (2016), maar bleef last houden van haar linkerstomp. ‘Het bot was bij de amputatie wat kartelig afgezaagd. Het bleef maar irriteren.’ De operatie verliep goed, er werd 2,5 centimeter van het been gehaald, maar in de nazorg ging het mis. ‘Door een vacuümpomp werd het linkerbeen dikker en dikker. Vervolgens ging er gips om en stierf ik twee dagen achter elkaar van de pijn. Toen het gips eraf ging, lag de hele wond open. Ik lag een maand in het ziekenhuis. Maar de wond heelde nog steeds niet.’
Er geschiedde een klein wonder, toen Jong viel en haar stomp volledig openhaalde. ‘Het bloedde mega-erg. Ik dacht: dit was het. Het was mijn laatste strohalm om ook weer gewoon te lopen. Maar het gevolg was dat de wond binnen een week dicht was.’
Zo kon in januari 2019 haar revalidatie op de atletiekbaan beginnen, onder leiding van de uit Papendal vertrokken coach Guido Bonsen. Het werd een onverwacht succes. Hij kreeg Jong zo ver dat ze naast die 100 meter ook eens ging verspringen. Hij: ‘Ik zag in training meteen dat zij de zes meter aankon. Verder dan wie dan ook in haar tak van sport.’ Zij: ‘Het was vorige zomer in Polen voor een Grand Prix. We hadden wat uurtjes over voor de terugvlucht en toen heb ik, na lang aarzelen, een paar sprongetjes geprobeerd. Guido zei: doe dit nog eens. Je doet hetzelfde als een normale verspringer. De blades glijden wat door, een soort ski-effect. Maar die veren kunnen het aan.’ Verspringen werd van toen haar hoofdnummer. Ze kwam tot een wereldrecord van 5.21 meter. De gedeelde concentratie, ver en hard, deed haar meer dan goed. ‘Ik train maar één keer per week echt op ver. Het is heel belastend. Maar ik doe daarnaast veel sprongtraining.’ Bonsen zag haar talent in een filmpje uit haar danstijd. Zij sprong hoger dan iedereen. ‘Ja, ik hing nog, als de rest al weer op de grond stond.’
Naast het springen gingen het sprinten ook beter. In Leverkusen bewees ze overweg te kunnen met haar blades die 2,5 centimeter korter zijn dan eerst. Na de WK van 2017 zijn de standaarden in de paralympische atletiek voor bladerunners aangepast. ‘Ik was 1.89 op mijn oude blades, nu 1.87.’ De topsnelheid zou daarmee moeten afnemen, maar de startsnelheid compenseert dat ruimschoots. Van een ‘13’-loper is Jong een sprinter voor een hoge 12 geworden die volgend jaar in Tokio te maken heeft met een Nederlandse met een enkele amputatie, Marlene van Gansewinkel. T64 (1 amputatie) en T62 (2 amputaties) komen bij de Para-Spelen in één nummer uit. Van Gansewinkel is ook een wereldrecordhouder, met 12,66 over de 100 meter. ‘Ja, Marlene en ik trainen ook samen. Ik was een tandje beter op ver, tot ik plots zo hard ging lopen.’
door Michel van Eijkelenburg